To superfood or not to superfood that is the question. Tenminste, daar lijkt het de laatste tijd wel op! Mooi hoor, al die ontdekkingen met exotische namen als Goji-bes, witte moerbei, maca en quinoa (spreek uit: kien-wah!). Ook Miss Foodie was er destijds als de kippen bij…
Toch ben ik er nu een beetje klaar mee. Brood is tegenwoordig alleen nog maar OK als er spelt in zit, suiker is volledig in de ban gedaan en moet vervangen worden door honing, agavesiroop en/of palmbloesemsuiker en in plaats van onze eigen granen met gluten eten we nu dus massaal quinoa. Dat dat helemaal uit Zuid-Amerika moet worden ingevlogen en de prijzen inmiddels zó gestegen zijn dat de oorspronkelijke bevolking het niet zich meer kan veroorloven om quinoa te eten boeit ons niet zoveel. Wij moeten gezonder dus quinoa it is! Nu zal het best een gezond goedje zijn; naar het schijnt barsten die zaadjes van de aminozuren maar onze eigen granen zijn ook niet van gisteren natuurlijk. Met een beetje variatie kom je zo maar een heel eind als je echt gezond wilt.
“Maar quinoa is glutenvrij” brabbelen we elkaar braaf na. De gluut blijkt inmiddels net zo impopulair als suiker terwijl ze juist zo vreselijk handig zijn omdat ze als een heel fijn netwerkje de boel zo mooi bij elkaar houden bij het bakken van bijvoorbeeld brood. Maak maar eens een glutenvrij brood, succes daarmee!
Dat gluten ongezond zijn is je reinste onzin, die eiwitten – want dat zijn het – zijn alleen akelig voor een paar Nederlanders die de pech hebben coeliakie te hebben. Hun darmen raken beschadigd door gluten dus als zij uitwijken naar quinoa dan is dat inderdaad slim. Maar voor de rest? Bedenk eens wat anders!
Parelcouscous, ook food en óók super!
Om daar een beetje bij te helpen maakte Miss Foodie deze superfoods salade “old school”. Bómvol gezonds van eigen bodem (en een klein beetje ingeleend uit het Midden Oosten, namelijk de parelcouscous), zelfs nog met een vergeten groente. Back to basics, laten we daar eens mee beginnen! Wil je nog meer back to basic? Maak hem dan niet met parelcouscous maar met parelgort of orzo.
O ja… en nu ik toch op dreef ben; ga vooral niet allemaal aan de palmbloesemsuiker. Denk ook eens aan de oerwouden. Een beetje suiker (met de nadruk op “beetje”) is echt geen drama. Zoals zo vaak schuilt “gezond” eigenlijk doodsimpel in het vermijden van het woord “te”.


- 2 pastinaken, geschild en in ongeveer even grote stukken
- 4 rode bietjes, goed geboend en in parten
- 2 rode uien, in parten zonder buitenste vel
- 50 ml olijfolie
- zoutvlokken (bijv. Maldon)
- 2 takken rozemarijn
- flink wat teentjes knoflook, velletje hoeft er niet af
- Voor de dressing
- 2 eetlepels citroensap
- 1 eetlepel olijfolie
- 1/2 eetlepel honing
- 1 tl niet al te scherpe mosterd
- 160 gram parelcouscous
- 250 ml water
- zout
- feta
- blaadjes munt
- Rooster eerst de groenten door ze met de olijfolie, rozemarijn, knoflook en zoutvlokken te mengen en ca. 1 uur in een oven van 180 graden te zetten.
- Laat afkoelen en meng met citroensap, olijfolie, honing en mosterd.
- Kook de parelcouscous volgens de aanwijzingen op de verpakking.
- Meng de geroosterde groenten samen met de dressing door de parelcouscous en voeg er op het laatste moment feta en muntblaadjes aan toe. Heerlijk bij een zomerse barbeque!
Ooh, wat heerlijk! Iemand die ook hoorndol lijkt te worden van alle voedingshypes! Ik begon al bijna bang te worden dat ik de enige zou zijn. 😉
Hahaha Tan, we zijn de enigen niet hoor! Ik voorspel je dat de volgende hype draait om weer normaal eten