Wel eens flink in je tong gebeten? Of diezelfde tong gebrand omdat je jezelf niet langer kon inhouden maar nú meteen van die heerlijke saus moest proeven? Mooi! Dan hoef ik je niet meer uit te leggen dat je tong, evenals de binnenkant van je wangen, enorm gevoelig is. Hartstikke fijn natuurlijk, want samen met smaak en geur, bepaalt het gevoel in je mond voor een belangrijk deel of je een gerecht lekker vindt of niet. Wie denkt dat het alleen om smaak draait zit er echt naast. Harold McGee (de keukenwetenschapper die met “Over eten” een onmisbaar boek voor iedere foodie heeft geschreven) is zelfs heel stellig in zijn bewering dat een gerecht vaker de mist in gaat door een gebrekkig mondgevoel dan door een slechte smaak.Ga maar na: een geschifte mayonaise is qua smaak identiek aan zijn goed in elkaar geklopte, smeuïge broertje maar zal een smaaktest niet doorstaan. Net zoals de mooi op smaak gebrachte salade met geitenkaas, geroosterde bietjes, walnoten, balsamicodressing en een vleugje zand…Of de zacht geworden chips/koekjes/crackers, de teruggelopen vla, de saus met klontjes, de gortdroge doorgebakken biefstuk, de taaie calamares. Bij Miss Foodie in de keuken zul je voor wat betreft mondgevoel twee dingen nooit maar dan ook nooit tegenkomen. Allereerst de (ieuw!) mossel. Echt; ik heb het geprobeerd. Lang gekookt, kort gekookt. Met wijn, met groenten of “on the rocks”. Ook het hele arsenaal begeleidende sausjes om het rubberen dier te verhullen is getest en te licht bevonden om, met name, het mondgevoel van de mossel bij mij teniet te doen. Toch jammer; het ziet er altijd zo gezellig uit dat mosseltjes eten…Maar op nummer 1 – met stip – in mijn “mondgevoel-nachtmerrie-top-10”; de overgare pasta! Je weet wel; de tot pulp doorgekookte, van iedere smaak ontdane, vormeloze hoopjes ellende die op je bord totaal versmelten met de saus waardoor ze uiteindelijk degraderen tot slap bindmiddel om diezelfde saus wat meer body te geven. Denk kant-en-klaarmaaltijd, ziekenhuis en gaarkeuken. En dat is jammer want diezelfde pasta is “al dente” (italiaans voor beetgaar) enorm geraffineerd. Het eerste mondcontact is aangenaam zacht, een beetje tussen meegaand en speels tegendraads maar nooit al te stug. Bijt je toe, dan gaat ook dat in eerste instantie met het grootste gemak maar de pasta heeft nog wel wat veerkracht. Het goede nieuws is dat het kinderlijk eenvoudig is om je spaghetti of macaroni goed al dente te koken. Je hebt er zelf hele grappige technieken voor. Bijvoorbeeld de pasta tegen de muur gooien. Als hij blijft plakken is hij al dente maar hierop geeft Miss Foodie geen enkele garantie. Overgare pasta plakt namelijk als de beste!Makkelijker is het om allereerst te zorgen dat de saus gereed is voordat je de pasta gaat koken. Al dente pasta moet namelijk vlug-vlug, die wacht nergens meer op! Ga bij het koken ook niet klakkeloos uit van de kooktijd die op het pak staat. Ik ben heel wat verrassende kooktijden tegen gekomen. Eén fabrikant heeft me zelfs aangespoord de pasta 25 minuten te koken. Gelukkig is Miss Foodie nogal eigenwijs!En de belangrijkste tip? Proef! Proef! Proef! Haal steeds een sliertje/schelpje/oortje/stukje uit de pan, laat even afkoelen (je wilt je tong toch niet verbranden?) en bijt. Als de pasta voor jou een aangenaam mondgevoel heeft, roer je er snel de saus door en val je aan! Buon appetito!


- 400 gram tuinboontjes (diepvries of vers)
- 3 eetlepels extra vergine olijfolie
- ½ sjalotje, fijngesnipperd
- ¼ rode chilipeper, heel fijn gesneden
- rasp van ½ onbespoten citroen
- 400 gram gedroogde pasta, bijvoorbeeld linguine
- 2 eetlepels (zee-)zout
- 4 eetlepels verse gehakte muntblaadjes
- 200 gram verkruimelde fetakaas
- Breng een kleine pan vol water aan de kook, doe er de tuinboontjes in, kook 3 minuutjes, giet af en spoel direct af onder koud water. Druk nu de boontjes uit hun vlies. Dubbeldoppen heet dit en echt; tuinboontjes knappen er van op!
- Zet een ruime pan met water op voor de pasta. De pan moet groot genoeg zijn om de pasta er ruim in te laten zwemmen.
- Verwarm in een brede pan de olijfolie en laat er heel zachtjes de sjalot en de chilipeper in zweten (je wilt dat de sjalot zacht en enigszins doorschijnend wordt, laat niet kleuren). Zet het vuur heel laag (of zet op een warmhoudplaatje) en doe er de citroenrasp en de tuinboontjes bij om warm te worden.
- Zet alvast de muntblaadjes en verkruimelde feta klaar.
- Voeg, als het pastawater kookt, per liter water 10 gram zout toe en daarna de pasta. Roer om de paar minuten goed door. Kook tot de pasta “al dente” is en giet hem dan direct af. Doe de pasta terug in de pan en hussel er snel het olie/bonenmengsel door. Drapeer op een mooi bord en maak af met munt en feta.
Leuk stuk: herkenbaar en vol humor. Een plek in de eregalerij meer dan waard!
Dit recept gaat trouwens op mijn to cook list. Heerlijk op een mooie zomerse dag.